Eindelijk was het dan zo ver: op woensdag 10 juli 2024 waren we bij de Europese rechter in Luxemburg. We begonnen deze rechtszaak meer dan twee jaar geleden. Het werd dus hoog tijd. Hieronder lees je ons verslag van de zitting.
De sfeer
De dag voor de zitting reden we met een deel van de coalitie naar Luxemburg. Na een lange en gezellige rit met autodrop en fruitella kwamen we in de hoofdstad aan. De zitting zou vroeg beginnen dus eerst een kort nachtje in een hotel. De volgende ochtend gingen we het enorme gebouw binnen waar het Hof van Justitie zit. Daar zit ook het Gerecht; dat is de afdeling die onze zaak behandelt.
En we waren wel onder de indruk. De zitting was in een zaal te vergelijken met het Europees Parlement, maar dan in het klein. Er stond een leger aan advocaten tegenover ons in verschillende toga's. Er waren maar liefst vijf rechters aanwezig die zich over onze zaak buigen. En alles werd live in een aantal EU talen vertaald door de aanwezige vertalers die in hokjes om ons heen zaten. Serious business, dus.
Ons betoog
Eerst waren onze advocaten aan de beurt om ons verhaal te doen. Heel in het kort komt dat neer op het volgende: nooit eerder zijn de media gesanctioneerd via een dergelijk politiek besluit van de EU. Dit besluit maakt een disproportionele inbreuk op onze vrijheid van meningsuiting (artikel 11 van het Handvest). Wij, de internet service providers (hierna: ISP's), worden via de sanctiemaatregel ingezet voor censuur door de overheid. Bovendien is deze maatregel veel te breed en veel te onduidelijk. Daarom moet de maatregel (gedeeltelijk) vernietigd worden.
David versus Goliath
Goed om te beseffen: wij hebben alleen de Raad voor de rechter gedaagd. Het was immers de Raad die het politieke besluit nam sanctiemaatregelen op te leggen waardoor wij het internetverkeer van EU burgers moeten blokkeren. Maar inmiddels zijn vijf andere partijen bij de zaak aangesloten. Dat zijn twee Europese instellingen: de Europese Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger van de Unie en drie lidstaten: Letland, Estland en Litouwen.
Betoog van de tegenpartij
Deze zes partijen stonden tegenover ons in de rechtszaal en voerden het volgende aan: Rusland voert de oorlog onder andere via een desinformatie* campagne. Er zijn grenzen aan de vrijheid van meningsuiting. Daarom is het geoorloofd uitzending van Russische media te verbieden in de EU. Ook als dat betekent dat internetverkeer van EU burgers wordt geblokkeerd.
Vervolgens stelt de tegenpartij: de ISP's worden niet rechtstreeks aangesproken in de maatregel. Daarom hebben ze bij deze rechter niets te zoeken. Daarbij hebben deze ISP's geen zelfstandig recht op de vrijheid van meningsuiting. Een ISP is een intermediair die slechts de doorgifte van het internetverkeer regelt zonder zich met de inhoud te bemoeien. Dat heet: mere conduit.
Het recht op vrijheid van meningsuiting komt wel toe aan alle internetgebruikers. Maar, bij deze rechter kan een ISP niet een zaak voeren namens alle internetgebruikers. Dat zou neerkomen op een actio popularis: een collectieve vordering.
Wel kan een ISP zich beroepen op het recht om te ondernemen. Dat is artikel 16 van het Handvest: de vrijheid van ondernemerschap. Maar dat is hier niet gebeurd.
Kortom: de ISP's voeren deze zaak uit eigen belang. Het gaat slechts om een DNS blokkade met minimale impact voor de ISP. Het belang om de maatregel in stand te houden weegt daarom zwaarder.
De Baltische staten
De Baltische staten voeren aan dat de maatregel hen veel oplevert. De helft van de bevolking daar zou Russisch nieuws volgen (en geloven). De EU maatregelen complementeren de nationale maatregelen van de lidstaten zelf. Wanneer alleen deze lidstaten een blokkade zouden opleggen, dan zou de bevolking alsnog te gemakkelijk toegang hebben tot de verboden media. Bijvoorbeeld via sateliet uitzending. Of via het internet. Volgens onderzoeken in de Balstische staten is de maatregel effectief. Maar wat dat precies betekent zeggen ze er niet bij.
Wat is hierop uw antwoord
Tot zover alle standpunten. En nu we allemaal ons zegje hadden gedaan, kwamen we toe aan de Q&A. Volgens de rechters het belangrijkste gedeelte, want plek voor een mondeling debat. Eindelijk een debat dus. De reden dat wij deze zaak voeren. Helaas waren er maar weinig mensen en media aanwezig. Daarom ook dit verslag: wij vinden het belang van deze zaak zo groot, dat we het graag publiekelijk bespreken en delen.
Terug naar de zaak. De rechters stelden kritische vragen en iedereen kreeg de mogelijkheid hierop te reageren. Dat ging met name over de vraag of aan ISP's een zelfstandig recht op de vrijheid van meningsuiting toekomt. Maar bijvoorbeeld ook over de vraag of de sanctiemaatregel een direct effect had op ons.
Daarop zeggen wij: Freedom Internet wordt inderdaad niet letterlijk genoemd in de maatregel. Maar deze treft ons zeker. Wij moeten immers op straffe van vervolging websites blokkeren. De tegenpartij voert in reactie daarop aan dat er geen straf is uitgedeeld aan ISP's en er ook geen klacht of procedure is geweest over de maatregel. Maar dat is volgens ons niet nodig om te spreken van een chilling effect. Heel veel ISP's zijn (onder politieke druk?) overgegaan tot het blokkeren van internetverkeer. Volgens de tegenpartij wordt ervan uitgegaan dat ISP's handelen in goed vertrouwen en ze niet snel bestraft zullen worden.
Prettig dat de autoriteiten ons dat beloven.
Any content
De tegenpartij voert aan dat de maatregel met opzet zo breed is opgesteld. Dat was nodig om ervoor te zorgen dat de verboden media niet stiekem toch hun boodschap konden verspreiden. Maar de maatregel zou nog steeds gemakkelijk uit te voeren zijn in de praktijk.
In de maatregel staat dat 'any content' (elke inhoud) van de verboden media moet worden geblokkeerd. De media die volgens de Raad wel door de beugel kan mag erover berichten. Dus er is genoeg ruimte voor maatschappelijk debat. En het is gemakkelijk onderscheid te maken tussen wanneer de inhoud wordt ingezet voor een maatschappelijk debat of als oorlogspropaganda.
Overblocking
Maar wanneer de vraag wordt gesteld hoe een ISP dit dan precies moet doen, valt de tegenpartij stil. Tsja, is het toch niet zo gemakkelijk uitvoerbaar als werd gesteld. 'Any content' betekent volgens ons in de praktijk dat ISP's meer blokkeren dan nodig is: overblocking. Volgens de tegenpartij kunnen wij het verkeer screenen en filteren. Wij vragen ons op dat moment hardop af: wordt nu van ons gevraagd mee te kijken in het verkeer via deep packet inspection? We hebben juist afgesproken dat niet te doen: dat is immers niet netneutraal en komt neer op surveillance. En zouden wij het verkeer moeten filteren op met welke intentie de inhoud van verboden media wordt gebruikt? Dat is echt onmogelijk en belachelijk!
Hiermee wordt maar weer duidelijk wat het belang is van deze zaak: het is niet aan de Raad om te bepalen welke online content geblokt moet worden. En het is niet aan ons om het verkeer van internetgebruikers te filteren zodat we weten met welke intentie de door de Raad verboden inhoud wordt verkregen en/of gebruikt. Dit is censuur en surveillance op grote schaal: daar zullen we ons altijd tegen verzetten.
De ISP en het recht op vrijheid van meningsuiting
Wij vinden dat ISP's een zelfstandig recht op de vrijheid van meningsuiting toekomt. Wanneer een ISP een DNS blokkade opwerpt, dan heeft dat direct effect op de internetgebruikers. Zij worden dan beperkt in hun recht op vrijheid van meningsuiting. Een ISP is dus onlosmakelijk verbonden met dit recht dat iedereen in de samenleving toekomt. Juist door hun faciliterende rol.
De vrijheid van meningsuiting valt uiteen in enerzijds de vrijheid een mening te hebben en te uiten en anderzijds informatie te ontvangen en verspreiden. Kortom, voor online informatievergaring zijn wij als ISP essentieel.
Dat een ISP tegelijkertijd slechts een doorgeefluik is en niet (altijd) verantwoordelijkheid draagt voor de inhoud van het verkeer, doet daar niet aan af.
Blokkeren is niet effectief
Dat de opgelegde blokkade gemakkelijk te omzeilen is, blijkt ook wanneer de advocaat van de tegenpartij toegeeft zelf de inhoud van de verboden media te hebben opgezocht online. De rechter merkt nog grappend op dat dat niet tegen hem zal worden gebruikt. Hiermee wordt ons punt dat de maatregel niet effectief is natuurlijk wel onderstreept.
De uitzending via TV
Is het echt nodig, vraagt de rechter, om verspreiding van de content online te blokkeren en dus ISP's te betrekken in de maatregel? Daarop antwoordt de tegenpartij dat de maatregel geen effect zou hebben als ISP's er geen onderdeel van uit zouden maken. Dan was het een tandenloos middel geweest. Dit wordt beaamd door zowel de drie Europese instellingen als de drie lidstaten.
Ook hiermee wordt -zonder dat zo te bedoelen- met het ingenomen standpunt ons argument versterkt. Onze essentiele rol wordt onderstreept. En dat heeft zowel betrekking op de vraag of ons een zelfstandig recht tot vrijheid van meningsuiting toekomt, als betrekking op de vraag of wij direct effect ervaren van de opgelegde maatregel.
En let op, hiermee wordt ook maar weer duidelijk: het gaat de autoriteiten eigenlijk niet om het verbieden van de lineaire TV-uitzending. Het gaat met name om het blokkeren van zoveel mogelijk internetverkeer.
Trots moment
Tegen het einde van de dag vraagt een van de rechters of wij willen dat zij hun koers aanpassen zodat namens de samenleving een beroep kan worden gedaan op het recht op een vrije meningsuiting. Het is staande rechtspraak dat niet namens anderen wordt opgetreden in de rechtszaal. In het antwoord refereert onze advocaat aan een van de namen van de eisers: Freedom Internet. It's all in a name. Ja, het is een commercieel bedrijf dat diensten levert aan consumenten maar ook een strijder voor de internetvrijheid van iedereen.
En zo is het!
So far so good, maar de uitspraak moet nog komen
Al met al zijn we tevreden met hoe de zitting is verlopen. De rechters namen flink de tijd en stelden veel kritische vragen. We kregen eindelijk de mogelijkheid om te discussiƫren over de sanctiemaatregel. Een klein beetje maatschappelijk debat. En een mooie dag, daar in Luxemburg.
Hou onze berichten in de gaten. We verwachten de uitspraak binnen een paar maanden.
* De Correspondent publiceerde onlangs een interessant artikel over desinformatie.
Zie het oorspronkelijke bericht op https://freedom.nl/nieuwsartikel/verslag-van-onze-rechtszaak-in-luxemburg